De gaatjes van het
rolluik op zijn slaapkamer zijn niet helemaal dicht. Hij moet gaan
slapen, morgen heeft hij een belangrijke toets. Dirk draait in zijn bed
pakt zijn popje nog eens stevig vast. Zie je wel het lukt niet. Straks is het
buiten donker en slaapt hij nog niet. Het is warm op zijn kamer, benauwd.
Buiten stort er een onweersbui naar beneden en door de gaatjes ziet hij de
flitsen. Bleef mama nou de hele nacht thuis? Hij had het wel gevraagd, zoals
elke avond, maar hij had niet naar het antwoord geluisterd.
Stom! Het slapen zou echt niet gaan lukken. Tenminste niet in zijn
eigen bed. Soms ging hij in het bed van mama liggen, dan leken al zijn angstige
gedachten te verdwijnen en lukte het slapen wel. Dirk stapt voorzichtig uit
zijn bed, pakt zijn popje stevig vast en loopt via, de door de badkamerlamp
verlichte gang, naar de slaapkamer waar mama’s lekkere bed staat. Plotseling
waait er een wind langs zijn benen? Dirk bevriest.
De voordeur was zachtjes
open en dicht gegaan, hij wist het zeker. Was mama weggegaan? Dan was hij nu
alleen thuis. Zie je wel hij had het moeten vragen. Altijd was het
antwoord: “Ja, ik blijf de hele nacht thuis”. Waarom was ze nu weg gegaan, het
onweerde ook nog en waar was ze dan naar toe? Langzaam maakt Dirk zich los uit
zijn bevroren positie. Hij moet gaan kijken of mama er nog is, anders kan hij echt niet slapen. Gespannen loopt Dirk de trap af, bij elke stap die hij zet
komen er nieuwe vragen in zijn hoofd: Wat als mama er echt niet is? Wat als
mama gewoon op de bank zit? Wat als er inbrekers zijn? Als Dirk nog maar twee treden
verwijderd is van de grond gaat ineens de tussendeur open.
Tegenover hem in de gang
staan mama en een vriendin van mama. Jeetje dit had hij niet verwacht,
mama is gewoon thuis, ze is niet weggegaan. Hoe kan dat nou, hij wist het bijna
zeker! Dirk voelt zich ontzettend opgelucht. Daar staat hij dan onderaan
de trap. Hij heeft zichzelf weer behoorlijk gek gemaakt. Waarom kon hij niet gewoon gaan slapen? Papa, mama en
hij hebben het er wel eens over gehad: komt het omdat hij vandaag te veel naar
een scherm heeft zitten kijken? Of kan het komen door die ene keer dat hij
mama 10 minuten kwijt was bij een donker attractie in een pretpark?
“Wat sta je hier te
dromen op de trap? Naar bed jij!” zegt mama. De vriendin is vertrokken.
Samen lopen ze naar boven
en terwijl Dirk lekker wordt ingestopt en hij eigenlijk het antwoord al wel
weet vraagt hij toch: “Mama, blijf je de hele nacht thuis?”